Belachelijke gedachten

Ik ben mijn eigen vijand en ik zit mezelf al jaren in de weg. Dat is mijn probleem. Toen ik dat besefte maakte het plots niet meer uit hoe groot mijn bus was of hoe hoog ik op de weg zat. Ik voelde me ineens heel erg klein worden.

Laatst reed in mijn bus. Een grote blauwe die we hebben omgebouwd tot camper. Ik voel me altijd enorm groot in die bus, want ik zit hoog op de weg en kijk over alle auto’s uit. Ik had net een vriend afgezet na een ondernemersavond. Geïnspireerd door de avond hadden we gepraat over dromen en de toekomst. Wat we allemaal nog wilden en wat we vooral ook niet wilden. Maar toen ik het laatste stukje alleen naar huis reed, deed ik een grote ontdekking: Ik ben mijn eigen vijand en ik zit mezelf al jaren in de weg. Dat is mijn probleem. Toen ik dat besefte maakte het plots niet meer uit hoe groot mijn bus was of hoe hoog ik op de weg zat. Ik voelde me ineens heel erg klein worden.

Herken je dat? Je wil iets heel graag. En je weet ergens wel dat je het in je hebt. Niet alleen omdat je het weet (ja, sommige dingen weet je gewoon), maar ook omdat je al zo vaak bevestiging hebt gehad van de mensen om je heen. Ze vertellen je keer op keer dat je het kan. Dat je het in je hebt. Nou, als iedereen het zegt, zal het wel waar zijn toch? Nee. Zo werkt het dus niet helemaal. Althans, niet bij mij. Ik krijg het namelijk voor elkaar het nooit helemaal aan te nemen. Met als gevolg dat ik ernaar verlang dat die mensen het nog een keer zeggen. En nog eens. En nog eens. Als een soort mantra die haar magische krachten niet kan vinden. Maar waarom accepteer ik het dan niet gewoon, zou je zeggen? Waarom heb ik het blijkbaar nodig het te blijven horen? En nog belangrijker: Hoe vaak ga ik het die arme mensen om me heen nog laten herhalen?

“Dat ik mooi kan zingen. Dat ik talentvol ben. Dat ik het in me heb.”

Als mijn hoofd met mij aan de haal gaat, kun je er de klok op zetten dat ik een paar uur later ‘normale’ banen zit te zoeken op het internet.

Als al die mensen het zeggen, waarom is het dan niet gewoon zo? Goed, soms ben ik het met ze eens en denk ik: “Oke, ik geloof dat ik het kan. We gaan ervoor. Ik ga mijn eigen show maken!”
Maar dan komt er een stemmetje in mijn hoofd die me bekogeld met belachelijke gedachten: “Weet je het zeker? Ben jij interessant genoeg om naar te kijken en te luisteren? Heb jij de wereld eigenlijk wel iets te vertellen?” Nou, als ik daar naar luister daalt mijn zelfvertrouwen dus meteen tot onder het vriespunt. Want geloof me, mijn vak is al eng genoeg zonder dit soort gedachten. Het is een van de engste dingen om voor mensen te gaan staan zingen. Als mijn hoofd met mij aan de haal gaat, kun je er de klok op zetten dat ik een paar uur later ‘normale’ banen zit te zoeken op het internet. Want ineens heb ik allemaal grote beren op de weg gezien die me angstaanjagend aanstaren. En heb ik obstakels verzonnen die ik ‘vast nooit zal overwinnen.’ En blijf ik dus zitten waar ik zit. Muurvast. Als de ijsberg van Titanic.

En toen besefte ik me ineens dat ik het die arme mensen wéér heb laten herhalen. En dat ze het morgen weer mogen doen, als ik het geen halt toeroep. En dat ik dit mijn hele leven prima vol zou kunnen houden. 

Toen ik laatst op magische wijze tóch een manier had gevonden om die belachelijke gedachten van me af te slaan, kwam de volgende fase: Ik moest het gaan zeggen tegen de mensen om me heen. Al was het alleen maar om een stok achter de deur te hebben. Nou, daar ging ik hoor…

Ik: “Ik wil mijn eigen show gaan maken. Ik wil mijn eigen liedjes de wereld in brengen. Ik ben er klaar voor. Nouja, ik ben er klaar voor? Ik ben er eigenlijk niet klaar voor, ik ben er nooit klaar voor. Maar goed. Ik wil het dus ik ga het doen.” 
Die mensen: “Hèhè, Floor! Ein-de-lijk! Ik roep het al jaren tegen je!”
Ik: “Ik weet het. Maar ik heb soms last van belachelijke gedachten die me onzeker maken.”
Die mensen: “Jij?! Hoe kun jij hier nou onzeker over zijn? Dat snap ik écht niet?”

En toen besefte ik me ineens dat ik het die arme mensen wéér heb laten herhalen. En dat ze het morgen weer mogen doen, als ik het geen halt toeroep. En dat ik dit mijn hele leven prima vol zou kunnen houden. 

Nou, daar ben ik dus mooi klaar mee.

En dan moeten al die belachelijke gedachten, waarvan ik weet dat ze weer op me zitten te loeren, gewoon maar ff opzouten.

Daarom zeg ik jullie vandaag. Omdat ik ertegenin wil gaan. Omdat ik inmiddels genoeg meningen van anderen heb verzameld om te weten dat ik het kan. Omdat ik mijn eigen ‘gut feeling’ niet meer ga laten ondersneeuwen door belachelijke gedachten: “Ik ben eruit. Ik ga mijn eigen show maken. Ik ga mijn eigen liedjes de wereld in brengen. Ik. Ga. Het. Doen.” 

En dan moeten al die belachelijke gedachten, waarvan ik weet dat ze weer op me zitten te loeren, gewoon maar ff opzouten. Ff. Voor het komende jaar. Want het komende jaar schrijf ik namelijk mijn eigen show. Maakt me niet uit hoe lang het duurt, maar ik ga het potverdorie doen. Ik beloof jullie op z’n minst een liedjesprogramma met eigen liedjes. Die niet alleen in mijn studio prachtig klinken, maar waarmee ik ook op ga treden. Omdat ze de wereld in moeten. Want dit is iets dat ik echt graag wil. Iets waarvan ik denk dat het me nog een stukje gelukkiger zal gaan maken. En dan zien we wel waar het schip strand. Maar een ding weet ik zeker:

Hij strand in ieder geval NIET tegen een ijsberg.